Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
De geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog is te zien op veel plekken in Amsterdam, ook bij gebouwen van de UvA. Vanaf 19 april is een van die locaties, bij UvA-gebouw REC-P aan de Plantage Muidergracht, gemarkeerd met een herdenkingsplaatje. Hier was tussen 1941 en 1943 een Joodse school gevestigd. Een bijzondere en tegelijkertijd tragische geschiedenis, vertelde initiatiefnemer Aart Janszen bij de onthulling.
Twee mensen plaatsen een geel herdenkingsbord op de gevel van een gebouw
De plaatsing van het herdenkingsplaatje door Aart Janszen (rechts)

Op vijfenvijftig plekken in Amsterdam zaten tijdens de Tweede Wereldoorlog Joodse scholen en hieraan gerelateerde gebouwen. Het waren plekken waar Joodse kinderen naar school moesten toen ze vanaf september 1941 van de bezetter niet meer naar dezelfde school mochten gaan als niet-Joodse kinderen. Het was een van de maatregelen waarmee de Joodse inwoners van Amsterdam het leven onmogelijk werd gemaakt.

Deze schoolgebouwen kregen tijdens en na de oorlog andere functies en de geschiedenis ervan was inmiddels bijna vergeten. Initiatiefnemer Aart Janszen heeft de locaties in kaart gebracht en van herdenkingsbordjes voorzien. ‘Het had heel wat voeten in de aarde, maar ik ben tevreden en trots dat het gelukt is.’

Een oudere foto van de Plantage Muidergracht, foto in zwart-wit, met oude auto's in de straat
De Joodse BLO-school bevond zich aan de Plantage Muidergracht (beeld: verdwenen-joodse-scholen.nl)

Een van de locaties was school nummer 25, de gemeentelijke ‘Joodsche school voor Buitengewoon Lager Onderwijs’ (BLO, het huidige speciaal onderwijs), aan de Plantage Muidergracht 26. Het schoolgebouw is na de oorlog afgebroken; momenteel staat er een nieuw gebouw, waar de UvA-locatie REC-P is gevestigd.

Op de BLO-school zaten vooral kinderen met een verstandelijke beperking. Bij aanvang waren er tien klassen, gevuld met ruim 200 kinderen afkomstig van vier Amsterdamse scholen. De Joodse scholen hebben slechts twee jaar bestaan: na enkele razzia’s in het voorjaar van 1943 waren de meeste leerlingen en docenten gedeporteerd. Uiteindelijk zijn circa 7.500 Joodse kinderen uit Amsterdam op de trein naar de kampen gezet; slechts honderden zouden na de oorlog terugkeren.

Een tabel met daarop de aantallen Joodse en niet-Joodse kinderen in het Buitengewoon Lager Onderwijs in 1940-1941
Situatie voor de gedwongen scheiding in 1941 (beeld: verdwenen-joodse-scholen.nl)

Dankzij het onderzoek en lobbywerk van Aart Janszen is de geschiedenis van de Joodse scholen in Amsterdam in kaart gebracht. Vanaf het moment dat hij naar school ging in mei 1945, vroeg hij zich af wat er met de kinderen was gebeurd. Destijds had hij, als zevenjarige, nog niet zo door waarom sommigen van zijn klasgenootjes alleen twee tantes hadden of in een tehuis woonden. Gaandeweg kwam hij daar meer over te weten. Er bleef echter nog veel onbekend en die informatie wilde Janszen achterhalen. Vanuit die zoektocht is uiteindelijk het project Verdwenen Joodse Scholen ontstaan.

Hij is eerst in de archieven gedoken, om alle locaties, cijfers en namen te achterhalen. Vervolgens begon het lobbywerk. Voor de website waar alle informatie is gedocumenteerd werd een subsidie aangevraagd uit het Erfpachtfonds, waarmee het project uiteindelijk is gefinancierd. Tot slot zijn er voor bijna alle locaties herdenkingsplaatjes gemaakt en geplaatst.

Een man naast een geel zeshoekig herdenkingsplaatje
Janszen naast de herdenkingsplaat