Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
De Universiteit van Amsterdam werkt aan de verduurzaming van haar gebouwen. Een belangrijk, maar vaak onzichtbaar onderdeel daarvan is de luchtdichtheid. Wat houdt dat in, en hoe pakken we dit aan in een historisch en monumentaal gebouw als BG5?

Wat is luchtdichtheid en waarom is het belangrijk? 

De mate van luchtdichtheid geeft aan hoeveel lucht er ongewenst door kieren en naden naar binnen of buiten stroomt. Hoe minder lucht er lekt, hoe comfortabeler het binnenklimaat: geen tocht, geen koude luchtstromen. Ook voor de duurzaamheid van het gebouw is luchtdichtheid belangrijk. Onbedoelde luchtstromen zorgen voor warmteverlies: zo moet koude buitenlucht die onbedoeld naar binnen komt worden verwarmd. En dat kost verwarmingsenergie, soms wel 40% van de totale warmtetransmissie van een gebouw. Een luchtdicht gebouw is dus comfortabeler en duurzamer. 

De ruimte en het kozijn van de luchtdichtheidstest in BG5 (rechts in beeld)

Luchtdichtheid meten in BG5: een bijzondere aanpak 

In 2040 wil de UvA voldoen aan het Klimaatakkoord van Parijs. Ons totale energieverbruik – gas, elektra en het gebruik van alle apparatuur – moet daarvoor onder de 70 kWh per m² per jaar blijven. In 2019 was dat nog 182 kWh, dus het moet met 65% omlaag. Luchtdichte gevels en daken zijn daarbij belangrijk. Bij nieuwbouw houden we daar al vanaf het begin rekening mee. Bij onze monumentale panden ligt dat ingewikkelder: die stammen vaak uit een tijd waarin energieprestaties nog geen grote rol speelden en vragen om maatwerk en creativiteit. Daarom zoeken we per gebouw naar slimme oplossingen die energie besparen zonder het (monumentale) karakter aan te tasten. Daarvoor zetten we experts in. 

Het meten van de luchtdichtheid van historische monumenten voorafgaand aan een renovatie is nog geen standaardaanpak. Toch zien we de meerwaarde ervan en onderzoeken we wat er mogelijk is binnen de grenzen van het budget. Zo zoeken we naar de balans tussen duurzaamheid, haalbaarheid en behoud van erfgoed. 

De testopstelling met de luchtdichte kast

Hoe testen we de luchtdichtheid? 

We testen de luchtdichtheid in een nagebouwde situatie. Daarvoor is een mock-up gemaakt: een nieuw raam met nieuw glas wordt in het bestaande monumentale kozijn geplaatst, inclusief de originele aftimmering zoals de vensterbank. Daaromheen wordt een luchtdichte kast gebouwd.  

Het kozijn wordt zorgvuldig afgeplakt met tape. De luchtdichte kast wordt op overdruk gezet: we pompen lucht in de kast zodat er binnen meer lucht zit dan erbuiten. Dit is vergelijkbaar met het opblazen van een fietsband: daar pomp je ook meer lucht in dan in de omgeving aanwezig is. Daarna halen we steeds een stukje tape weg, terwijl we de druk in de kast meten. Daalt de druk? Dan ontsnapt er lucht en weten we precies waar. Zo krijgt het ontwerpteam waardevolle informatie over de luchtdichtheid van het kozijn. 

Wat doen we met de resultaten? 

De testresultaten worden vastgelegd in een rapport. Het ontwerpteam evalueert deze en past het ontwerp waar nodig aan op detailniveau. De test in BG5 is het begin van een bredere aanpak. Er wordt ook een zogenaamde blowerdoortest voorbereid: een meting waarbij de geveldichtheid van een complete ruimte of afdeling wordt getest. Ook bij andere monumentale panden van de UvA kunnen deze metingen vaker worden ingezet, zowel bij renovaties als in de aanloop naar groot onderhoud. Zo werkt de UvA stap voor stap aan duurzamere, comfortabelere én toekomstbestendige gebouwen. 

BG5. Foto: Dirk Gillissen
Bekijk wat er gebeurt in en rond BG5

BG5 is een voormalig kliniekgebouw op het Binnengasthuisterrein. Het huidige pand voldoet momenteel niet aan de eisen van de gewenste functie en daarom loopt een ontwerptraject voor het toekomstig gebruik.